Pedagogiek

Korte lontjes en lange tenen

Het einde van het schooljaar is aan alle kanten voelbaar op de scholen die ik begeleid. Enerzijds terugkijken en afronden, anderzijds al vooruitkijken en opstarten.

In de zomerse warmte nemen we de laatste twijfelgevallen voor een doublure door terwijl in de ruimte naast ons de data van de zorgoverleggen voor volgend jaar worden ingepland. Ineens werken mensen op dagen waarop ze normaal niet werken, ook rustig een weekenddag, om de zorg voor de kinderen in goede banen te leiden. De spanning neemt toe – korte lontjes en lange tenen, zoals één van mijn intern begeleiders het zo mooi uitdrukt – maar ook een sterk gevoel van saamhorigheid en gedeelde verantwoordelijkheid. Ik loop met een enthousiaste kleuter over de gang en zie de leerkrachten volop in overleg over de samenstelling van de kleutergroepen volgend jaar. Hoe krijg je een kleuter voor onderzoek naar school op een dag waarop alle andere kinderen vrij zijn? Zeggen dat het bijzonder ‘cool’ is om het enige kind in de hele school te zijn. Jack trapt erin. Het levert mij een rondje over de gangen op, want dan moeten we natuurlijk wel zeker weten dat we écht de enige zijn. We maken van de gelegenheid gebruik en rennen over de gang, wat ons normaal gesproken een berisping op zou leveren. Ik weet niet wie er meer van deze ondeugd geniet, Jack of ik… Bij het passeren van zijn eigen klas ziet het mannetje zijn leerkracht en roept trots naar binnen: “Dit is zó cool, juf, de school is speciaal voor mij open!”. Er verschijnt een veelbetekenende glimlach op het rode en vermoeide gezicht van de leerkracht, die zich weer even lijkt te realiseren waar ze het allemaal ook alweer voor doet.

Na ons ererondje door de school is het moment gekomen dat we aan de slag gaan. Goedbedoeld staat er op volle toeren een ventilator te draaien in de onderzoeksruimte. Ik herinner mij de foto die ik eerder deze week toegestuurd kreeg van de trotse eigenaar èn mijn enthousiasme daarop, wetend hoe warm het vorig jaar zomer kon worden in de werkkamers op deze school. Jack lijkt iets van zijn eigen bewegelijkheid en enthousiasme te herkennen in het razendsnelle draaien en wordt als een magneet naar de ventilator getrokken. Opgewonden stelt hij alle vragen die in zijn hoofd opkomen: “Juf, kan hij ook zachter? Juf, hoort deze afstandsbediening erbij? Juf, mag ik de afstandsbediening? Juf, van wie is dit ding? Juf, kan hij ook uit?”. Zijn handen reiken al net zo snel als hij praat naar de afstandsbediening, die ik nog net op tijd buiten zijn bereik weet te leggen. Ik kijk hem grijnzend aan en stel een vraag terug: “Jack, kan jíj ook uit?”. Even moet hij de vraag laten bezinken, maar dan schiet hij in de lach. Hij komt onverwacht geraffineerd uit de hoek: “Zeker! En de knop daarvoor zit op die afstandsbediening, dus mag ik die nu?”. Alle eindejaarsvermoeidheid glijdt van mij af en dit keer verschijnt de veelbetekenende glimlach op míjn gezicht.  

Nanda Lodders

Nanda Lodders is werkzaam als psycholoog/onderwijsadviseur bij de Bazaltgroep, locatie Den Haag. Zij richt zich op het adviseren van scholen over de begeleiding van kinderen in het basisonderwijs die net iets meer of iets anders nodig hebben dan gemiddeld. Hierbij zet zij psychodiagnostisch onderzoek in om meer inzicht te krijgen in de onderwijsbehoeften van het kind.

Bekijk ook eens

Dit boek is bedoeld voor dromerige kinderen en hun ouders; ouders van kinderen met de diagnose ADHD, leerkrachten, psychologen en psychotherapeuten, psychiaters.