Risicotaxatie in de forensische zorg

Risicotaxatie is een belangrijk aspect van de forensische GGZ. De uitkomst vormt de basis voor de behandeling van bijvoorbeeld mensen met een persoonlijkheidsstoornis in een forensische setting. Maar juist die stap van risicotaxatie naar een daarop afgestemd risicomanagement en bijbehorende behandeling is niet eenvoudig. Een recente literatuurstudie1 door Nederlandse en Vlaamse wetenschappers brengt voor het eerst de verschillende methoden in kaart.

Op basis van een uitgebreide analyse van de beschikbare literatuur werden 21 methoden gevonden om van risicotaxatie naar ‘risicomanagement’ te komen, met als uiteindelijk doel het verkleinen van de kans op recidive door de patiënt. Die methoden konden worden verdeeld over vier categorieën:

  • RNR-gebaseerd: â€˜Risk Need Responsivity’-model, waarin risicofactoren voor problematisch gedrag in kaart worden gebracht en behandeld,
  • GLM-gebaseerd: â€˜Good Lives Model’, waarin de nadruk ligt op de drijfveren en capaciteiten van de patiënt,
  • CBT-gebaseerd: methodes gebaseerd op cognitieve gedragstherapie, waarbij uitgegaan wordt van de invloed van denkpatronen op emoties en gedrag,
  • Combinaties: methoden waarin combinaties van bovenstaande aanpakken worden gebruikt.

De hoofdstappen om te komen tot een passend risicomanagementplan zijn telkens:

  1. Identificeren van risicofactoren
  2. Theorievorming over de samenhang van deze factoren
  3. Opstellen van risicomanagementplan met betrekking tot soort, frequentie en doel van behandeling of begeleiding

In de studie werd geconcludeerd dat er op het moment maar twee methodieken zijn waarin daadwerkelijk alle stappen gevolgd werden om van risicotaxatie tot risicomanagement te komen. De conclusie is dan ook dat een combinatie van die methodes ingezet moet worden bij het formuleren van een risicomanagementplan, zodat alle bovenstaande stappen aan bod komen.

Een voorbeeld van een dergelijke aanpak kan zijn: na het inzetten van een risicotaxatie-instrument wordt delictanalyse ingezet om de belangrijkste behandeldoelen te bepalen, in combinatie met een ‘GLM’-gebaseerde methode om in kaart te brengen welke factoren de responsiviteit (denk bijvoorbeeld aan motivatie) beïnvloeden. Dit kan leiden tot effectievere behandeling en begeleiding van patiënten in forensische settings, en daarmee tot minder recidive. Er worden aanbevelingen gedaan voor vervolgonderzoek en implicaties voor behandelaars en begeleiders.

Verder lezen?

Het hele onderzoeksartikel is hier te lezen.

1: Juliette C. Hutten, Joan E. Van Horn, Kasia Uzieblo, Frida C. A. van der Veeken & Yvonne H. A. Bouman (2022) Toward a Risk Management Strategy: A Narrative Review of Methods for Translation of Risk Assessment into Risk Management, Journal of Forensic Psychology Research and Practice, DOI: 10.1080/24732850.2021.2013359