Cognitieve functies

Testen op geheugenproblemen bij laagopgeleide, niet-Westerse immigranten

De bevolking van Nederland is in de afgelopen eeuw steeds diverser geworden, vanwege de komst van arbeidsmigranten in de jaren ’60 en ’70, door migratie uit voormalige Nederlandse koloniën, en door meer recente vluchtelingenstromen. Neuropsychologen zullen steeds meer mensen met verschillende achtergronden zien op de geheugenpolikliniek vanwege de vergrijzing van de algehele Nederlandse bevolking, in combinatie met het vaker voorkomen van risicofactoren voor dementie in sommige bevolkingsgroepen.

Zo heeft onderzoek1 uitgewezen dat lichte cognitieve stoornissen (MCI) en dementie drie à vier keer vaker voorkomen in bepaalde bevolkingsgroepen in Nederland (specifiek in Turkse, Marokkaanse en Surinaams-Hindoestaanse groepen). Neuropsychologen moeten daarom in de praktijk steeds meer rekening gaan houden met de diversiteit in opleiding, cultuur en taal in deze groepen. Het is bekend dat de resultaten op neuropsychologisch onderzoek sterk worden beïnvloed door factoren als taal, cultuur, opleiding en geletterdheid2. In de praktijk wordt er vaak gebruik gemaakt van visueel materiaal om taalbarrières te omzeilen. Aan het gebruik van visueel materiaal bij mensen met diverse achtergronden blijken echter nadelen te kleven. Zo speelt een invloed van cultuur een rol: veel stimuli — zoals de stelten, bever en krakeling van de ‘Boston benoemtaak’ — zijn cultuurspecifiek en daarmee niet altijd goed te herkennen voor mensen met een andere achtergrond. Ook het opleidingsniveau kan van invloed zijn. Eerder onderzoek3 toonde aan dat ongeletterde personen (zonder cognitieve klachten) een lagere score behaalden op benoemtaken die gebruikmaken van zwart-witte lijntekeningen dan geletterde mensen, terwijl deze groepen vergelijkbare scores behaalden als er echte objecten of gekleurde foto’s werden gebruikt. Blijkbaar is kleurinformatie voor analfabete personen belangrijk om de afbeelding goed te kunnen herkennen.

In Nederland werd sinds 2011 aangeraden om in de diagnostiek bij ouderen met een migratieachtergrond gebruik te maken van visuele geheugentaken als de VAT en de LLT Location Learning Test. Dit betreft testmateriaal waarbij gebruik wordt gemaakt van zwart-witte lijntekeningen. Gezien de invloed van geletterdheid op het vermogen om zwart-witte lijntekeningen te benoemen, rees de vraag of een dergelijk nadeel niet ook zou optreden wanneer laagopgeleide personen deze zwart-witte lijntekeningen zouden moeten onthouden op een geheugentaak. Vervolgonderzoek4 richtte zich zodoende op een vergelijking van de prestatie op de VAT in zijn oorspronkelijke vorm ten opzichte van een aangepaste versie van het instrument met kleurenfoto’s. De hypothese was dat laagopgeleide ouderen met een migratieachtergrond beter zouden presteren op de versie met gekleurde foto’s dan op het origineel met zijn zwart-witte lijntekeningen. Dit bleek inderdaad het geval te zijn.

Bovenstaande tekst is een verkorte weergave van een deel van de herziene VAT-handleiding uit 2022. Zie voor de volledige tekst en referenties de handleiding.

Referenties

1 Parlevliet et al. 2016
2 Ardila, 1989; Ardila, 2005; Ardila, 2007; Manly et al., 2002; Nielsen & Jorgensen, 2013; Nielsen & Waldemar, 2016; Ostrosky-Solis et al., 1998; Teng, 2002
3 Lecours et al., 1987; Reis et al., 1994; Reis et al., 2001; Reis et al., 2006; Roselli et al., 1990
4 Franzen et al., 2019